1985
Een archeologische ontdekking
PARAMARIBO – Het is midden jaren tachtig. De Stichting Natuurbeheer Suriname heeft gemeld dat een jachtopziener menselijke botten heeft gevonden op het strand van Matapica, aan de Surinaamse oceaankust.
De jonge student geneeskunde van de Universiteit van Suriname Rakhieb Khudabux is er naartoe afgereisd om de vondst met eigen ogen te zien en verder onderzoek te doen. Hij heeft ontdekt dat onder het strandzand de begraafplaats ligt van de voormalige plantage Waterloo, die al vele jaren geleden door de zee is weggespoeld. Waterloo was een grote katoenplantage met meer dan honderd slaven die tussen 1793 en 1861 in bedrijf was.
De opgravingen
Zicht op Plantage Waterloo anno 1968.Foto: L.Neede van Pickering. Bron: weblog Kenneth Donk
Met een team van zes man heeft Khudabux de opgravingen aangepakt. Dat werk kan alleen gebeuren wanneer het eb is, want bij vloed stroomt het hele terrein weer over. Alleen bij volle maan kunnen ze echt hard doorwerken, omdat het water dan ver genoeg en lang genoeg wegtrekt. Met hun onderzoek hebben ze het reliëf van de katoenbedden weten bloot te leggen, zodat precies te zien is hoe die vroeger gelegen moeten hebben.
De opgravingen hebben meer aan het licht gebracht, zoals doodskisten die nog redelijk intact zijn. Het merendeel van de kisten heeft een plat deksel, de rest heeft de vorm van een zadel. Die deksels vertellen iets over de status van de slaven. De slaven die in een kist met een zadelvormig deksel zijn begraven, hadden wellicht een hogere status dan de anderen. Maar dat slaven überhaupt in kisten werden begraven, is uitzonderlijk. Khudabux denkt dat de slaven van deze plantage in bepaalde opzichten een beter leven hadden dan elders.